Eglise Notre-Dame-de-la-Nativité te Cénac; Cénac-et-Saint-Julien
Beschrijving.
Aquilanus, de abt van Moissac, ontving gronden te Cénac in 1090 om er een priorij op te richten. De kerk werd heel vlug opgericht en bij het begin van de 12de eeuw afgewerkt. Omwille van de verwoestingen ondergaan tijdens verschillende oorlogen werd zij bij verschillende hernemingen hersteld. Bij een algemene restauratie in de 19de eeuw werd het korte schip en het transept volledig herdaan maar het koor, de apsis en de absidiolen werden gerespecteerd.
De absidiolen worden verlicht door een venster in de as tussen de colonnetten en openen zich op boogreeksen die terugvallen op de half ingewerkte zuilen. De apsis die overwelfd is met een halfkoepel, wordt gescheiden van de koortravee door een torische gordelboog. Zeven steunbogen bekleden dit geheel en vallen terug op de half ingewerkte zuilen. De 5 bogen van de apsis zijn van lijstwerk voorzien met voetringen die terugvallen op zuilen met gebeeldhouwde kapitelen. De dekstukken van deze zetten zich in een band verder rond de apsis en het koor, alsook op de oostelijke zijde van de kruisbeuken, vooruitspringend in ringen rond de grote zuilen.
De interesse van de kerk gaat vooral uit naar de 30 kapitelen van een verschillende omvang die allen aan de triomfboog, aan de zuilen van de bekledingsboog of aan de bogen toebehoren.
Jammer genoeg was de kerk niet open tijdens mijn bezoek ! Dit zal voor een volgende keer zijn met de toebehorende foto's !
Aan de buitenzijde wordt de apsis verdeeld door de steunbeer-zuilen met eenvoudige ruwe kapitelen. De absidiolen zijn gestut door platte steunberen. Zij bewaren ruwe gootklossen gebeeldhouwd in staafvormige kanteelversiering die rusten op de gebeeldhouwde modillons. Deze in het noorden bewaart een band met lijstwerk die vooruitspringen op de steunberen. De gootklos van de apsis is gerestaureerd geweest.
De modillons hierbij zijn met een verbazend realisme gebeeldhouwd. Men herkent er een monster met een varkenssnuit die 2 hoofden opslokt, 2 scenes van ontucht, een slangenmens, een neergehurkt personage, een ander personage die aan zijn baard trekt, een aap en een viervoeter.
De bogen zijn versierd met voetringen en archivolten met palmetten die terugvallen op de omkaderingsbogen waarvan enkele kapitelen herdaan zijn geweest.
Bronnen.
- Jean Secret in Périgord roman; Editions de Zodique; la Nuit des Temps 27; Abbaye Sainte-Marie de la Pierre qui Vire 1979.
- Jean Secret in Itinéraires romans en Périgord; Editions Zodiaque, "Les travaux des mois" 16, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1977.
- Jean Secret in Promenades en Périgord roman; Editions Zodiaque, Itinéraires culturels, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 2002.
Bijlagen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten