Eglise Saint-Julien-l'Hospitalier
te Agnat
Geschiedenis.
Het dorp Agnat, dat met zijn klokkentoren boven het landbouwgebied uittorent, had in de middeleeuwen een eenvoudige parochiekerk. In sommige documenten wordt de kerk van Agnat vermeld als een kleine benedictijnenpriorij die afhankelijk was van het klooster van Lavaudieu. De pastorie van Saint-Julien werd benoemd door de heer van Grézes, die zelf eigenaar was van een kapel en een herenbank.
Beschrijving.
De westgevel wordt voorafgegaan door een houten portiek met daarboven een oculus. Dikke steunberen met schuine lijsten benadrukken de zijmuren. De vierkante klokkentoren, gebouwd in de zuidoostelijke hoek, wordt bediend door een ronde toren. Ten noorden van het vijfhoekige koor is in de moderne tijd een sacristie toegevoegd, bestaande uit twee langwerpige gebouwen.
De binnenzijde van de kerk heeft een eenvoudige indeling, bestaande uit een romaanse kern met een éénbeukig schip van twee traveeën en een vijfhoekige kooreinde. In de 15e, 17e en 18e eeuw werden hier verschillende kapellen aan toegevoegd. Het schip met een graatgewelf staat in verbinding met de zijbeuken via rondbogen of licht gebroken bogen. De gebruikte steunen zijn kenmerkend voor de romaanse stijl: zuiltjes die zijn aangebracht of daarin zijn ingevoegd; scharnierende steunen, aangepast aan de verschillende terugvallen. Het rechte koortravee, die oorspronkelijk werd overspannen door twee blinde bogen, komt aan de noordzijde uit op een moderne aanbouw, die in de moderne tijd is gerestaureerd, en aan de zuidzijde op een gotische kapel met kruisgewelven.
De ingang van het koor wordt gekenmerkt door een diafragmaboog die rust op eenvoudige pijlers met imposten. De apsis met een halfronde binnenruimte wordt overdekt door een halfkoepel die rust op een blinde boogreeks met aangrenzende zuiltjes. De verlichting wordt verzorgd door drie romaanse ramen die in de 15e eeuw zijn vergroot.
In het schip zijn de romaanse kapitelen versierd met plantenmotieven. De boven elkaar geplaatste registers bestaan uit dikke, soms nauwelijks geschetste nerfbladen, palmetten, kromme stengels en menselijke maskers, met koordmotieven en hoekstukken. Alleen de zuidelijke kapitelen van de ingang van het koor tonen een naakte man onder een boog en een masker, beide met een grijns.
Aan weerszijden van de triomfboog staan twee portretten uit 1770, die de pausen Clemens VI en Gregorius XI voorstellen, oom en neef van de familie de Beaufort, die het naburige kasteel van Lamothe bezaten.
Bron.
- Marilyne Avont in "Eglises de Haute-Loire"; Editions Phil'Print 2015.
Bijlagen.
-https://monumentum.fr/monument-historique/pa00092924/agnat-eglise-saint-julien
Geen opmerkingen:
Een reactie posten