Eglise Saint-Martin
te Marthon
Beschrijving.
De kerk zou dateren van begin 11de eeuw. Men heeft sporen teruggevonden in geschriften waarin men reeds een priester vermeld in 1050. Op dat moment hing de kerk af van Saint-Yriex-la-Perche, in de Limousin.
De kerk meet 25,70 meter in lengte en met een breedte van 8,05 meter in het schip. Zij houdt een schip, een transept en een koor beëindigd door een vlak kooreinde, in.
Het schip van de 11de eeuw is overdekt met een tongewelf in hout. Zij meet 3 traveeën, met gordingen op zuilen waarbij de steunpilasters de boogreeksen ontvangen. In de eerste travee, aan de zuidelijke zijde, opent zich de ingang met 3 booglijsten en een kordonlijst maar de colonnetten zijn echter verdwenen. De 2 andere traveeën bezitten aan iedere zijde een venster die aan de binnenzijde omkaderd zijn met colonnetten.
De erg herwerkte kruisbeuken worden overwelfd door een gebroken tongewelf. De vierkante absidiolen zijn aan de binnenzijde halfrond en dit zowel met de apsis in het oosten als de absidiool in het zuiden.
De koepel op penditieven die tussen grote bogen met 2 cilinders zijn ingewerkt, wordt gedragen door de zware pijlers. Het koor is overwelfd met een tongewelf met een gording, wordt doorbroken met een brede venster aan zijn 3 zijden, deze in het oosten is echter herleid tot een roostervenster.
De westelijke muur die geen ingang bezit op het gelijkvloers, is gestut door 3 steunberen met talud. Deze in het midden loopt tot onder de eerste verdieping, de beide andere stijgen tot en met de basis van de puntgevel. Tussen hen in, omkaderen 2 blinde boogreeksen, een derde in het midden die doorbroken wordt door een rondboogvenster. Deze bezitten één cilinder, zijn omgord door een kordonlijst en worden door colonnetten gedragen.
De puntgevel die een aanvang neemt met een kordonlijst, wordt versierd door 2 vergelijkbare boogreeksen waartussen zich een halve zuil verheft, zich steunt op een kraagsteen en tot de top doorloopt.
De muren van het schip zijn versterkt door de steunberen waartussen zich de grote ontlastingsbogen inschrijven. Hierin zijn grafnissen aangebracht. Het verhoogde koor, heeft de modillons van haar gootklos bewaard.
De vierkante klokkentoren die bovenaan de koepel staat is op zijn 3 verdiepingen versierd. Op de eerste verdieping wordt de eerste groep, gebroken boogreeksen gescheiden door een zuil met kapiteel. Op de tweede verdieping staan 2 paarsgewijze bogen op een kordonlijst doorbroken door een gebroken cilinder waarbij de impost zich verlengd in een horizontale kordonlijst. De derde verdieping die eveneens op een kordonlijst staat, bezit enkel twee rechthoekige openingen. Deze klokkentoren zou dateren van het einde van de 12de eeuw.
Bronnen.
- Sylvie Ternet in Les églises romanes d'Angoumois Tome II; Edition Le Croit vif; Paris 2006.
- Sylvie Ternet in Les églises romanes d'Angoumois Tome I; Edition Le Croit vif; Paris 2006.
Bijlagen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten