Chapelle Saint-Fiacre
te Montmégin; Semur-en-Brionnais
Geschiedenis.
Weinig documenten verhalen over de bouw van dit monument waarvan de oorsprong zou teruggaan tot einde 11de of begin 12de eeuw. De keuze en de kwaliteit van de gebruikte stenen uit de omgeving, en praktisch zonder metselwerk, zou het hier gaan om een kapel voor de armen. Toegewijd aan Saint-Fiacre, een monnik van Ierland uit de 6de eeuw, houdt het schip 3 belangrijke grafstenen in. Waarschijnlijk deze van de heersers van de plaats in het midden en deze van de monniken en edellieden aan de zijkanten. Veel in wanorde verspreide botten, ontdekt tijdens het herstel van de bevloering, laten plunderingen of epidemieën veronderstellen.
Andere grafstenen bevonden zich in de onmiddellijke omgeving van de kapel. Tijdens verschillende perioden werden steunberen aangebracht om de vormgeving en het onderling verband van het gewelf van de apsis trachten te bewaren.
Beschrijving.
De kapel van Montmégin, een gehucht van Semur-en-Brionnais, was aanvankelijk geplaatst onder het patronaat van Saint-Oyen en had als overste het aartspriesterschap van Semur.
Het gebouw stelt zich samen met een schip, een rechte travee voor het koor en een halfronde apsis. Het schip wordt uitsluitend verlicht door een kleine, inspringende rondboog bovenaan de westelijke ingang. Het schip staat in verbinding met de travee door een rondboog waarvan de schuin afgewerkte imposten van lijstwerk zijn voorzien. Deze travee is overwelfd met een tongewelf en in het noorden als het zuiden verlicht door 2 identieke vensters als deze in het schip. De minder brede apsis is overdekt met een halfkoepel en wordt door 3 rondboogvensters verlicht.
Aan de buitenzijde is de kapel ruw en streng van opzicht. De ingang van de kapel wordt aan de westelijke zijde gekenmerkt door zijn timpaan dat ondersteund wordt van 2 onversierde kraagstenen. Het kruis is gebeeldhouwd in een zwak reliëf net zoals bij enkele andere kerken in de Brionnais. De vraag wordt door R. Oursel gesteld of deze wel origineel is ?
Onstabiel en opgericht in primitieve steenblokken, is de kapel ondersteund door een dun massief van metselwerk dat de rol van steunbeer vervult en gedeeltelijk de nauwe rondboogvenstertjes met uitgesneden linteel verbergen. De gootklos van de apsis wordt gedragen door de onversierde modillons. Een klokkenboog verheft zich op de travee van het schip. Het stelt zich samen met 2 bogen waarvan de terugval zich verbindt met 2 colonnetten met kubische kapitelen en zijdelings op 2 imposten.
Deze constructie is in zijn geheel is niet voorafgaand aan de tweede helft van de 11de eeuw en is zeker niet vroegromaans.
Bronnen.
- Raymond et A.M. Oursel in "Les églises romanes de l'Autunois et du Brionnais, Cluny et sa région"; Imprimerie Protat Frères; Macon 1956.
- Liliane Schneiter in "Le Brionnais, Eglises romanes"; Editeur Institut d'histoire de l'art du moyen âge; Genève 1967.
Bijlagen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten