Eglise Saint-Pierre
te Mey
Beschrijving.
De parochiekerk van Mey vormt het beste voorbeeld van een eenbeukige kerk hierbij inbegrepen de sokkel van de toren. Het gebouw werd in breuksteen opgericht. Slechts enkele gedeelten van de muren zijn opgericht in harde maatstenen. De binnenzijde stelt zich samen uit een schip waar aan het westelijke uiteinde zich een toren verheft, met een apsis van het halfronde plan en met een kapel overdekt met een tongewelf ten noorden van de apsis.
De sokkel van de toren, ten westen van het schip, stelt een centraal gedeelte van het vierkante plan voor en geflankeerd met rechthoekige delen aan beide zijden. De oostelijke muur van de toren rust op de vierkante pijlers die onder elkaar verbonden zijn, en met de gootmuren door de rondbogen, in die zin dat een groep van 3 bogen het westelijke uiteinde van het schip bezet.
Aan de buitenzijde heeft de toren zijn origineel aspect behouden. De 1ste en 2de verdieping zijn aan iedere zijde doorbroken met een paarsgewijze boog voorzien van een ronde tussensteun met kubische kapitelen en basissen. Een geometrisch decor laat zich op enkele plaatsen zien. De toren beëindigt zich door een piramidaal dak van 4 zijden.
Met zijn vlak plafond en 2 kleine, originele rondboogvensters heeft ook het schip zijn origineel aspect behouden. Van een bijzonder interesse is het dichtgestopte portaal in de zuidelijke muur waarvan het gedecoreerde linteel is versierd met een leeuw, een draak en een sirene, allen uitgevoerd in een zwak reliëf.
De beuk beëindigt zich in het oosten door een halfronde apsis overdekt met een halfkoepel. De muren van de apsis stellen zowel aan de binnen- als de buitenzijde geen enkele versiering voor. Bij de overgang tussen het schip en de apsis opent zich een vierkant gedeelte dat nu als sacristie dienst doet.
De parochiekerk van Mey dateert van het midden van de 12de eeuw. De toevoeging van de kapel zou dateren van begin 13de eeuw. Buiten de architecturale structuur van het gebouw is het vooral het linteel van het zuidelijke portaal dat de aandacht trekt. Het is een ontwerp van een atelier van Metz waarbij het beeldhouwwerk van een gelijkaardige makelij zowel te Metz als te Rozérieulles kan herkend worden.
Bronnen.
- Renair Slotta in Lorraine romane; Editions Zodiaque, "la Nuit des Temps 66"; Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1984.
- Suzanne Braun in Art roman en Lorraine, Architecture et Sculpture; Editions Serpenoise; Metz 2005.
Bijlagen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten