Zoeken in deze blog

dinsdag 13 juni 2023

Eglise Saint-Jean-Baptiste te Saint-Romain-sous-Versigny (Saône-et-Loire 71)

 Eglise Saint-Jean-Baptiste 

te Saint-Romain-sous-Versigny




Geschiedenis.
Uit etymologisch punt zou de naam Saint-Romain afkomstig zijn van een naam van een heel verspreide heilige.  
Voor de Franse Revolutie was de parochie van Saint-Romain-sous-Versigny onder het patronaat geweest van saint Jacques.  Zij stond onder het collatierecht van de bisschop van Autun en maakte deel uit van het aartspriesterschap van Perrecy.  De landsheer was de prior daar deze gebieden geschonken waren aan deze door de graaf van Autun Eccard, als stichter in 840.  Het leen van Chardonnet is vermeld in een charter van graaf Eccard in 840.  Het heeft toebehoord aan J.L. Bernigaut des Granges, luitenant-generaal van de baljuw van Chalon.  Martenet was een heerlijkheid; Guillaume de Digoine was er landsheer in 1261 en Moublanc in de 18de eeuw. 
De "villa sancti romani" is bevestigd sedert de 9de eeuw.  De geschiedenis van de parochie is minder goed gedocumenteerd.  De cultus, onderbroken in 1794 werd slechts in 1869 volledig hersteld. 

Beschrijving.
De kerk stelt zoals men deze nu aantreft, 2 totaal verschillende delen voor met het schip aan de ene zijde en de kruising met de apsis aan de andere zijde.  De kerk bestaat uit een éénbeukig geplafonneerd schip, een koortravee dat verlengd wordt door een halfronde apsis.
De klokkentoren geplaatst op de kruising rust op de oostelijke en westelijke bogen terwijl de noordelijke en zuidelijke muren in terugval zijn in overeenkomst met de muren van de kruising met ongeveer 80 cm. De westelijke en oostelijke bogen bezitten een dikte van ongeveer 85 cm.  Een dikte die men terugvindt in het merendeel van de muren bij de oudste delen.
De klokkentoren houdt 2 verdiepingen in.  De eerste is verlicht door 4 eenvoudige bogen met een brede insprong naar de binnenzijde toe.  De tweede verdieping bezit 4 paarsgewijze bogen gedragen door dubbele colonnetten.  Deze bezitten basissen met lijstwerk en eenvoudige kapitelen.
De kruising rust op 4 rondbogen.  Deze in het oosten bezit een sterke vervorming  dat zich duidelijk resulteert in een tussenruimte overeenkomstig met de stijlen.  De architect die als laatste is tussengekomen heeft zich verplicht gezien om een volledig systeem van metalen bindbalken te installeren onder deze boog en in de klokkentoren tegen het gevaar van een totale instorting.  
De halfronde apsis is getooid met een halfkoepel  die eveneens heel erg vervormd is.  Drie stevig steunberen in beton zijn hiervoor aan de buitenzijde geplaatst.  De kruising is verlicht door 2 grote bogen met een insprong naar de binnenzijde toe, een vorm die men eveneens aantreft bij de 3 rondbogen in de apsis.  Bovenaan de kruising vindt men een graatgewelf terug.  De datering van de oudste elementen zijn tegenstrijdig.  De rondbogen en het graatgewelf bezitten een oude datering maar de grote regelmaat van het metselverband, de middelmatige dikte van de muren, de insprong volledig naar de binnenzijde gebieden om deze te laten terugkeren van na het midden van de 12de eeuw.
Als de openingen van het schip dateren uit de 19de eeuw.  Het meest vreemde aspect van deze constructie bemerkt men enkel als men het plan onderzoekt met de heel dunne overgang tussen de zuidelijke muur van het schip en de zuidelijke muur van de kruising. Een zekere onsamenhangendheid kan zeker niet middeleeuws zijn. De enige uitleg huist in de wil van regelmaat en symmetrie van de constructeurs uit de 19de eeuw.  Het huidige dak is eveneens verhoogd geweest boven zijn oorspronkelijk niveau.  Men veronderstelt dat ter gelegenheid van de hervatting van de cultus, belangrijke werken dit schip zichtbaar hebben vervormd.  De noordelijke muur werd verhoogd en de gevel en de zuidelijke muur werden totaal hernomen. 
















Bijlagen.

Geen opmerkingen: