Zoeken in deze blog

zondag 15 januari 2023

Eglise Saint-Denis te Massy; La Vineuse-sur-Frégande (Saône-et-Loire 71)

 Eglise Saint-Denis te Massy; 

La Vineuse-sur-Frégande


Geschiedenis.
Het dorp van Massy is voor de eerste keer vermeld op het einde van de 9de eeuw of begin 10de eeuw in een charter van het kapittel van Saint-Vincent van Macon; "In pago Matisconensi, in agro Maciensium".  De "Villa Maciago" is zelf in 904 in een charter van de abdij van Cluny geciteerd toen ze aan de abdij van Cluny werd geschonken door de bisschop van Macon.  De Latijnse naam van de bourg "Matiacus" komt van het Gallische "Maty" of wat goed, gunstig betekent. Massy is een oude zone van bewoning zoals de granieten menhir, de Gallo-Romeinse geldschatten en de Merovingische graven bewijzen.  Reeds in de middeleeuwen hield het dorp 2 kastelen in, in de omgeving van de kerk en op de plaats "la Tour du Blé".
Een kapel toegewijd aan Saint-Martin is reeds in 562 vermeld te Massy in een charter van de abdij van Cluny; "In Matiaco villa, capella in honore Sancti-Martini".  Op deze datum is de kapel geschonken aan de monniken van Cluny door Adon, medewerker van de bisschop van Macon, Théotelin.  Deze gift vervolledigt de schenking van gronden enkele jaren voorheen.  Het huidig, volledig romaans gebouw, behalve de sacristie, zou kunnen overeenkomen met deze oorspronkelijke kapel.  Het gebruik van rondboog, het oorspronkelijke decor en de bescheiden afmetingen van het gebouw verwijzen naar deze veronderstelling.  De kerk is echter herwerkt in het begin van de 11de eeuw en in 1156 verschijnt zij opnieuw als "Ecclesia de Macie", nog steeds in een charter van Cluny.  Zij is reeds het centrum van de parochie en tot de collatie van de bisschop van Macon alhoewel de abdij het heerlijkheidsrecht uitoefent van de plaats.  Het is een gebouw van bescheiden omvang waarvan het plan typisch is voor de kleine plattelandskerken in de regio.  Het betreft een éénbeukig rechthoekig schip, een travee onder de klokkentoren en een apsis.  Zij bezit daarentegen een rijk decor als getuige van het belang van de gronden van Massy door de monniken van Cluny.
De wijzigingsdatum van de patroonheilige ten voordele van Saint-Denis is niet gekend.  De kerk is in alle geval geplaatst onder de bescherming van de bisschop van Parijs, een martelaar gestorven  in de 3de eeuw.  Deze wijziging vindt allicht plaats voor de 16de eeuw daar een beeld met de voorstelling van de heilige uit deze periode dateert.  In de loop der eeuwen heeft de kerk weinig wijzigingen ondergaan met uitzondering van de toevoeging van een kapel ten zuiden van de travee onder de klokkentoren, in de 15de eeuw en met een decor aan de binnenzijde die het ganse koor overdekt.  Op het einde van de 17de eeuw is het gebouw zichtbaar gerestaureerd en de zijbogen van de apsis zijn vergroot.  In 1708 is het schip gelambriseerd om de gelovigen tegen de koude te beschermen. Terwijl Claude-François Delucenay in 1746 priester is, blijkt uit een pastoraal bezoek dat de kerk in goede staat verkeerd met uitzondering van de klokkenverdieping die dreigt in te storten en een deel van de vloertegels van het schip versleten is. 
Na de Franse Revolutie en de pastorij verkocht is als nationaal goed, blijft de kerk tot 1833 een hulpkerk.   Op dat moment is zij toegevoegd aan La Vineuse waarbij de priester om de 14 dagen te Massy de viering komt opdragen.  Bij de bevolking slecht onthaald die een eigen bedienaar wenst voor Massy biedt dokter Ochier als burgemeester  van Massy, de som van 4 000 fr aan voor een eigen bedienaar te Massy.  Door de twist tussen de erfgenamen van Ochier en de priester van La Vineuse wordt er tot 1890 geen viering te Massy opgedragen. 
Door deze twist wordt het kerkgebouw in de 19de eeuw slecht onderhouden.  Na een akkoord wordt in 1894 om de veiligheid van de gelovigen te waarborgen het timmerwerk uitgevoerd door Claude Plassard.  Deze werken worden in 1895 vervolledigd door een aankoop van versiering en meubilair.
Bij volgende verstevigingswerken van het gebouw worden de kosten bijna volledig gedragen door de families Libersart en Ochier in 1901.  In 1926 wordt de kerk ingeschreven bij "Monuments Historiques".  In 1930 wordt bij kleine onderhoudswerken vastgesteld dat het houtgeraamte zich in een heel slechte staat bevindt en het dak dreigt in te storten.  De werken worden in 1933 uitgevoerd volgens de plannen van de architect Noly, architect bij "Monuments Historiques".  Door een schenking van de familie Libersart kan men de overdekking met lavapannen bewaren.
In 1964 volgt een algemene restauratie met het verstevigen van de klokkentoren en ontdekt men de zijaltaren uit de romaanse periode.  Deze links is toegewijd aan de Rozenkrans en aan de heilige Paulus, de rechtse aan de Heilige Maagd.  In 1988 wordt de overdekking met lavapannen opnieuw vernieuwd.  Vervolgens wordt de kerk in 1991 geklasseerd als "Monument Historique".  In 2010 is het gebouw volledig uitbesteed en haar plannen zijn ingediend door een groep studenten voor architectuur van "the Kyoto Institute of Technology".

Zuidelijk zijaltaar schip

 
Beschrijving.
De kerk van Massy stelt zich samen met een éénbeukig, rechthoekig schip, een travee onder de klokkentoren met in het zuiden geflankeerd van een oude kapel dienstdoend als sacristie, en een apsis.   Door haar plan dat zij volgt en haar afmetingen is de kerk een typisch voorbeeld van de landelijke romaanse kerken in de regio.

Plan kerk Massy; Wiki-macon, Sud-Bourgogne

Plan kerk en klokkentoren Massy; Wiki-macon, Sud-Bourgogne

De gevel is relatief eenvoudig met een portaal in rondboog met hierboven een moderne kleine boog.  Aan de puntgevel bemerkt men de omtrek van een oude, verlengde boog, nu dichtgestopt.  De muur van de puntgevel is hoger dan het schip dat samengesteld is uit 2 vierkanten van gelijke afmeting.  Zijn lengte komt exact overeen als het dubbele van zijn breedte.  Zij is geopend door 3 rondbogen per zijde die nauw en dubbel inspringend zijn. Aan de noordelijke gootmuur bemerkt men een dichtgestopte, middeleeuwse opening net zoals een bredere, dichtgestopte boog, aan de laatste travee van het schip.  De travee onder de klokkentoren is aan iedere zijde gestut door massieve steunberen aan de uiteinden.  In het zuiden is in één van de steunberen het wapen van Cluny gegraveerd, net boven de kleine kapel die nu als sacristie dienst doet. 






De vierkante klokkentoren verheft zich bovenaan deze koortravee.  Hij is samengesteld met een blinde sokkel en 3 verdiepingen.  De onderbouw is eenvoudig voorzien van ontlastingsbogen zowel in het noorden als het zuiden waar een kleine opening is doorbroken.  De 1ste verdieping is naakt.  Deze is versierd met Lombardische banden aan de oostelijke en noordelijke zijden en eenvoudige versterkingen met naakte modillons in het zuiden en het westen.  De 2de verdieping bevat 2 rondbogen per zijde in.  Hun basis rust op zaagtand- en tandradfriezen.  Deze in het zuiden bezit enkel een fries van tandraderen.  De 3de verdieping is geopend door een paarsgewijze boog per zijde met een terugval in het midden op een paar colonnetten met versierde kapitelen.  De bogen zijn eveneens omkaderd in het noorden als het oosten met zijdelingse colonnetten.  Deze bogen zijn voorafgegaan met verstevigingsbanden vergelijkbaar met deze van de 1ste verdieping.  In het oosten versiert een fries van zaagtanding onderaan de boog en net onder de gootklos die rond de toren loopt en de korte piramide ondersteunt.








De halfronde apsis is geopend door 3 rondboogvensters.  Deze aan de zijkanten zijn vergroot en dateren uit een moderne periode terwijl deze in het midden heel klein en nauw met een dubbele insprong nog origineel is.  Het ganse gebouw is overdekt met lavapannen.



Aan de binnenzijde is het schip volledig verdeeld in 2 delen door het hekkenwerk.  Het schip is gelambriseerd en versierd met cartouches in reliëf.  Het verhoogde gedeelte van het schip bezit aan elke zijde een altaar en de triomfboog met brede imposten.  Deze opent zich op de travee onder de klokkentoren en overwelfd met een tongewelf en staat in het zuiden in verbinding met de sacristie.




Romaans waterbekken


De apsis is overwelfd met een halfkoepel en opent zich langs een grote rondboog.  Men bemerkt er de blauwachtige restanten van fresco's bij het ganse koor met e personages in een medaillon.




Bronnen.

Geen opmerkingen: