Eglise Saint-Denis
te Buffières
Beschrijving.
De kerk is geplaatst onder het patronaat van de heilige Denijs, de 1ste bisschop van Parijs die er rond 250 de marteldood stierf. Zijn feestdag wordt gevierd op 09 oktober.
De kerk kende 3 constructiefasen. De klokkentoren, de apsis en de travee onder de klokkentoren vormen het oudste gedeelte van begin 11de eeuw tot begin 13de eeuw. Het schip met zijn gebroken tongewelf dateert van de gotische periode. In de 19de eeuw besliste men tot de oprichting van een sacristie en de toevoeging van zijbeuken.
Aan de westelijke gevel is de romaanse ingang gedomineerd door een timpaan met naakt linteel.
Het kooreinde bestaat uit een halfronde apsis. Deze wordt gestut door de steunberen. Als enige versiering treft men er de gebeeldhouwde modillons aan die de gootklos ondersteunen.
De vierkante klokkentoren met zijn piramidaal dak bezit 2 verdiepingen. Het bovenste gedeelte wordt geopend door paarsgewijze bogen waarbij de middelste terugval zich manifesteert op 2 colonnetten in zandsteen met kapitelen.
Het geheel van de overdekking van het gebouw is met lavapannen.
Aan de binnenzijde bewaart de romaanse apsis verschillende gebeeldhouwde elementen zoals de boogreeksen versierd met gedecoreerde pilasters, colonnetten en kapitelen met gebladerte.
Het gewelf in halfkoepel van de apsis is versierd met muurschilderingen die in 2004 aan het licht kwamen. Zij stellen Christus in majesteit voor die gezeten is op een stoel vergelijkbaar met een troon. Dit gedeelte zou dateren van de 13de eeuw. Hij verheft 2 vingers als teken van onderricht en stelt het Boek van het Woord voor met de andere hand. Hij is omgeven door de 4 evangelisten gesymboliseerd door de 4 dierenvoorstellingen.
Tijdens de restauratiecampagnes zijn 2 decors tevoorschijn gekomen. Een 1ste laag met de engel, als symbool van de heilige Mattheus en de stier als symbool van de heilige Lucas. Deze zouden behoren tot de 2de helft van de 12de eeuw, begin 13de eeuw.
Een 2de laag waarbij de symbolen van de evangelisten zijn herschilderd tijdens een latere periode, waarschijnlijk 15de - 16de eeuw. De plaats van de elementen is niet hetzelfde. Zo verbergt een dierenpoot het gezicht van de engel.
De travee onder de klokkentoren wordt begrensd door 4 boogreeksen in rondboog. Deze wordt overwelfd met een koepel op trompen.
Het gotische schip is verdeeld in 4 traveeën door de steunbogen die het gebroken tongewelf ondersteunen.
De 2 zijbeuken zijn overwelfd met een gebroken boog op gordingen. Deze rechts houdt de ingangsdeur in. Deze werden toegevoegd in 1845-46. Op dat moment werd eveneens de boog tussen het koor en het schip vergroot.
Bijlagen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten