Zoeken in deze blog

woensdag 5 december 2018

Eglise Saint-André te Saint-André-le-Désert (Saône-et-Loire 71)

Eglise Saint-André 
te Saint-André-le-Désert

Beschrijving.
Het dorp van Saint-André-le-Désert dat zich in de streek van Cluny situeert, bezit een weinig gekende romaanse kerk en behoorde tot een nu verdwenen benedictijnse priorij.  Zij is toegewijd aan de heilige Andreas, de apostel.
Het transept en het koor, de apsis en de absidiolen in halfkoepel zijn opgericht rond 1150.  Het moderne schip is gereconstrueerd geweest en voorzien van zijbeuken in 1885-1886.
De 5 traveeën van het schip worden verlicht door oculi terwijl de zijbeuken het licht ontvangen langs rondboogvensters.


Het romaanse gedeelte vindt men terug in de architectuur van de kerken van de Brionnais met het tongewelf, de zijbeuken onder graatgewelven, de grote boogreeksen met dubbele cilinder en de pijlers met half ingewerkte zuilen.
Het moderne schip is overwelfd met ribben die terugvallen op de sluitstukken.  Zij wordt gescheiden van de zijbeuken door boogreeksen op cilindrische zuilen voorzien van kapitelen in witte steen.


De centrale apsis die geflankeerd wordt van 2 absidiolen, is versierd met 5 boogreeksen op colonnetten met basissen en gebeeldhouwde kapitelen.  Deze kapitelen en deze van het transept stellen vegetarische en dierlijke motieven voor met mensenhoofden, dierlijke maskers die uit het gebladerte tevoorschijn komen en tov elkaar gestelde leeuwen.












Aan de buitenzijde domineert de hoge romaanse klokkentoren die bestaat uit 2 verdiepingen met paarsgewijze bogen op 3 zijden.  De 1ste verdieping bezit vensters met gegroefde pilasters en de 2de verdieping, rondbogen met dubbele colonnetten en kapitelen.  Op de 3de verdieping zijn 2 of 3 rondbogen doorbroken.  Het dak bezit 4 zijden.  De 2 klokken van 500 en 800 kg dateren van 1870.







Aan de kooreinde bestaande uit een apsis en 2 absidiolen  vindt men gebeeldhouwde modillons terug van dierenhoofden en geometrische motieven die de gootklos ondersteunen.







Bijlagen.

Ancienne église Saint-Germain te Fuissé (Saône-et-Loire 71)

Ancienne église Saint-Germain 
te Fuissé




Bijlagen.

Eglise Saint-Denis te Buffières (Saône-et-Loire 71)

Eglise Saint-Denis 
te Buffières 

Beschrijving.
De kerk is geplaatst onder het patronaat van de heilige Denijs, de 1ste bisschop van Parijs die er rond 250 de marteldood stierf.  Zijn feestdag wordt gevierd op 09 oktober.
De kerk kende 3 constructiefasen.  De klokkentoren, de apsis en de travee onder de klokkentoren vormen het oudste gedeelte van begin 11de eeuw tot begin 13de eeuw.  Het schip met zijn gebroken tongewelf dateert van de gotische periode.  In de 19de eeuw besliste men tot de oprichting van een sacristie en de toevoeging van zijbeuken.


Aan de westelijke gevel is de romaanse ingang gedomineerd door een timpaan met naakt linteel.



Het kooreinde bestaat uit een halfronde apsis.  Deze wordt gestut door de steunberen.  Als enige versiering treft men er de gebeeldhouwde modillons aan die de gootklos ondersteunen.



De vierkante klokkentoren met zijn piramidaal dak bezit 2 verdiepingen.  Het bovenste gedeelte wordt geopend door paarsgewijze bogen waarbij de middelste terugval zich manifesteert op 2 colonnetten in zandsteen met kapitelen.





Het geheel van de overdekking van het gebouw is met lavapannen.
Aan de binnenzijde bewaart de romaanse apsis verschillende gebeeldhouwde elementen zoals de boogreeksen versierd met gedecoreerde pilasters, colonnetten en kapitelen met gebladerte.









Het gewelf in halfkoepel van de apsis is versierd met muurschilderingen die in 2004 aan het licht kwamen.  Zij stellen Christus in majesteit voor die gezeten is op een stoel vergelijkbaar met een troon.  Dit gedeelte zou dateren van de 13de eeuw.  Hij verheft 2 vingers als teken van onderricht en stelt het Boek van het Woord voor met de andere hand.  Hij is omgeven door de 4 evangelisten gesymboliseerd door de 4 dierenvoorstellingen.



Tijdens de restauratiecampagnes zijn 2 decors tevoorschijn gekomen.  Een 1ste laag met de engel, als symbool van de heilige Mattheus en de stier als symbool van de heilige Lucas.  Deze zouden behoren tot de 2de helft van de 12de eeuw, begin 13de eeuw.
Een 2de laag waarbij de symbolen van de evangelisten zijn herschilderd tijdens een latere periode, waarschijnlijk 15de - 16de eeuw.  De plaats van de elementen is niet hetzelfde.  Zo verbergt een dierenpoot het gezicht van de engel.



De travee onder de klokkentoren wordt begrensd door 4 boogreeksen in rondboog.  Deze wordt overwelfd met een koepel op trompen.


Het gotische schip is verdeeld in 4 traveeën door de steunbogen die het gebroken tongewelf ondersteunen.



De 2 zijbeuken zijn overwelfd met een gebroken boog op gordingen.  Deze rechts houdt de ingangsdeur in.  Deze werden toegevoegd in 1845-46.  Op dat moment werd eveneens de boog tussen het koor en het schip vergroot.

Bijlagen.